Ik voel mijn armen en mijn benen
mijn handen en mijn voeten
en ik verbeeld me dan
dat ik het lichaam voel
Al knippend ’t lange gras
zak ik de diepte in
dieper en steeds dieper
tot aan het eindeloze
De wind laat oren suizen
zonder dat ik er ben
Er is alleen maar suizen
en wie is het die hoort?
Wat is het eigenlijk
dat voelt en hoort en ziet
Wat is het dat ervaart
Wie is er altijd bij me
Wie is de “Ik” van ‘ik’
Het antwoord op de vragen
kan niemand je vertellen
Het antwoord op de vragen
daar zijn geen woorden voor …