In het druipende bos, verlaten van mensen, liep ik. Druppels op mijn haar, stil geruis van de regen op de bladeren, de ene voet voor de andere en oude vrienden kwamen op bezoek.
Het bospad vulde zich met gedachtes, de oude bekenden, van lang geleden. Vol liefde ze verwelkomend, keek ik ze aan. Ze wilden nog één keer, in het volle daglicht staan.
“Ik ben niet goed genoeg”, kuste me teder en verdween in de regen.
“Het is er niet voor mij”, kwam aarzelend dichterbij, keek me verlegen aan en loste op in de wind.
“Niemand houdt van mij”, keek me heel indringend aan, liefdevol; ze was zoveel jaren bij me geweest. Ze had er moeite mee weg te gaan. Langzaam draaide ze zich om, keek nog een keer en vervloeide met de lucht.
Ik keek ze na, tranen in mijn ogen. Ze waren me zo vertrouwd; ze hadden me zoveel gebracht. Het was tijd voor ze om te gaan. Het werd heel stil in me. Ik zette mijn rugzak neer en ging zitten op het mos. Eén voor één kwamen ze voorbij, de mensen die me geholpen hadden deze vrienden nu te zien gaan. Diepe dankbaarheid vervulde me voor hen, die me hielpen en er nog steeds voor me zijn.
Thuisgekomen, droge kleren, kopje thee, kachel aan, voel ik nog de zachtheid van de regen, het bospad en het bos. Het bos dat mijn thuis is, me koestert, me mijn antwoorden geeft. Het bos dat er is, onwrikbaar liefdevol. Het bos dat ik ben.
Boffert. Er zijn er veel die bezig zijn aan die ontdekkingsreis (het leven)maar nog niet thuis zijn gekomen
Ha Christine,
Door jouw bos zie ik de schoonheid in mijn bos.. mijn wandeling morgen zal anders zijn dan voorheen:)
Dank je voor jou!
Lieve knuffel, Jan
Dank U voor deze mooie woorden.
JO-EL